[ Home ]  
 
 
 
DE MOTOR
KARAVAAN

 
 
 
Dagboek

PARIJS - PEKING

26 Sep - Door: Dafne de Jong - NL +6uur
Hukou watervallen

   

Hukou Watervallen

De bakker was al op toen we in een schraal ochtendzonnetje dat door de smog heen probeert te schijnen vanuit het hotel rechts naar een van de hoofdstraten lopen. Ze maken heerlijke broodjes met jam of een andere vulling erin. De kolenboer rijdt langs met zijn driewieler en aan de overkant worden de luiken voor de ramen van het muziekwinkeltje geopend. De muziek staat al aan.
Nog even en Pingyao is weer een en al bedrijvigheid. Het drijft op toerisme en de elektrische aangedreven wagentjes om toeristen in rond te rijden duiken weer op in het straatbeeld.

Bij een restaurantje bestellen we een cappuccino en kijken we hoe een groepje fietsende meiden, op weg naar school, een vriendin met een brommer helpen deze over het hek te tillen. Er staat een bord bij het hek, waar op staat dat de straat alleen voor voetgangers en dus niet voor fietsers opengesteld is.

We keken gister in het halfdonker naar de kaart. Gaan we morgen zó of zó rijden. Het valt me op dat we toch zomaar een keuze hebben. De ene route is een rode weg en loopt langs een spoorlijn en door enkele plaatsen heen. De andere is gedeeltelijk groen (door Haiping geel genoemd) en daarna ook rood maar loopt door een minder bevolkt gebied (ja, die bestaan dus in China). Ik denk niet dat ik hoef te vertellen welke er in mijn ogen beter uitziet.

De manager van het hotel wist echter te vertellen dat die weg erg slecht is en dat er een aantal kolenmijnen aanwezig zijn met zeer slechte luchtkwaliteit tot gevolg. Niet dat hij er ooit geweest was, maar goed. We nemen het advies ter harte. Morgen zullen we in de bergen rijden en zal iedereen zijn hart op kunnen halen.

In eerste instantie valt het allemaal verschrikkelijk mee. De eindeloze tweebaansweg vol vrachtwagens die ik verwacht had blijkt vierbaans te zijn. Natuurlijk wordt er weer veelvuldig aan de weg gewerkt met als gevolg dat we zo nu en dan door halve bouwputten enz . rijden. Later wordt de weg toch tweebaans, maar de drukte die ik verwacht had blijft uit.

Het is nog niet zo erg als in India, maar ook hier wordt voor alles en iedereen getoeterd en dat is niet altijd vreemd, want heel veel mensen rijden hier zo’n beetje midden op de weg. Het is echt ongelooflijk wat we allemaal tegenkomen. Motorfietsjes met zeker wel 5 schapen achterop spannen de kroon, maar er zijn ook driewielers met maïs, oud papier, hout en meubels of met een berg piepschuimen verpakkingen waar je U tegen zegt. Hoe lang zal hij bezig geweest zijn om dat er allemaal op te pakken?



De beschaafde piepjes van onze motorfietsen komen niet in de buurt bij de toeters van de auto’s en vrachtwagens en die van de Ténéré is al een beetje schor.

Behalve midden op de weg te rijden is het hier ook geoorloofd om rechts en in onoverzichtelijke bochten in te halen (er komt heus niets aan hoor, dit is een landweg) en veel te hard te rijden.

Zonnig en 26 graden, had er in Pingyao een voorspelling voor vandaag op de deur gehangen. Maar die zon gaat de gehele ochtend achter een dikke laag smog en stof schuil. Regelmatig hou ik mijn adem in als er een vrachtwagen in een stofwolk aan komt rijden en ik heb mijn camelbag weer op mijn rug zodat ik regelmatig mijn mond en keel kan spoelen.
Tegen de middag rijden we de bergen in en zie ik ineens de blauwe lucht. Wat een verademing! We worden getrakteerd op enkele schitterende uitzichten. Wat opvalt is dat veel huizen in de bergwanden zijn uitgehakt met alleen een gevel aan de buitenkant. Het mag erbinnen misschien vrij donker zijn, in de zomer is het er koel en in de winter minder koud.

En zo komen we dan tegen het eind van de dag aan de Gele Rivier aan. De watervallen moeten tot morgen wachten.

KINDERBILLETJES
Een kind zit op zijn hurken op het stoepje voor een winkeltje. We zijn in een klein dorpje aan de doorgaande weg gestopt. ‘Ehh, volgens mij zit dat kind in zijn broek te piesen,’ denk ik, want over de gladde matzwarte stoeptegens begint zich gestaag een stroompje vocht richting stoeprand te bewegen. Het ventje ziet er trouwens best leuk uit en dus maak ik een foto.
Op dat moment bemerkt zijn moeder het euvel en ze haalt snel een papieren servetje uit haar zak. Ze lacht, buigt de peuter voorover en veegt de billetjes schoon. Op dat moment zie ik dat de dreutel niet alleen geplast, maar ook gepoept heeft. Maar hoe komt het nou dat het niet in zijn broekje is blijven steken?

Alle peuters (waarschijnlijk alleen buiten de grote steden) lopen in broekjes waarvan het kruis open is. Niet dat deze kinderen niet zindelijk zijn, maar in de huizen op het platteland is geen toilet aanwezig en (zo denk ik) als zo’n uk moet, dan is er geen tijd meer om naar het openbaar toilet te lopen.
In een ander dorp zagen we trouwens zo’n peuter van de stoeprand klimmen om in de goot te gaan zitten. Pappa zette zijn broertje ernaast. Helaas hebben we daar geen foto van.



 

 

 

 

 


 


 

 

 

 
 
 
Ontwerp:

(c) Copyright 2004 - 2009 by Studio R&D
Alle auteurs- en beeldrechten zijn voorbehouden en
mogen niet zonder schriftelijke toestemming voor welk doeleinde dan ook gebruikt worden
Zie ook de
disclaimer