|
|
|
|
|
|
 |
Dagboek
Azië
19 november - door Dafne de Jong
Varanasi een stad met karma
|
|
|
|
|
Om half zes kraait de haan in onze telefoon. Het is nog donker, maar niet lang meer en we willen, nu het nog rustig is op straat, zo snel mogelijk verder naar Varanasi. We kunnen veel sneller dan gister doorrijden nu en doen de 80 km in anderhalf uur.
In Varanasi slenteren we langs de Ghats en zien we hoe families hun doden verbranden. “Na het overlijden komt de familie eerst het lichaam in de Ganges reinigen. Daarna wordt vijf maal water uit de Ganges in de mond van de overledene gegoten om het lichaam ook van binnen te reinigen. Het lichaam wordt op een draagbaar naar de Ganges gedragen en op een houtstapel gelegd en met hout afgedekt. Het vuur waarmee de stapel wordt aangestoken komt uit de tempel.”
De jongen spreekt vloeiend engels en voegt eraan toe dat hij het ons uitlegt omdat hij dat graag wil. Het is goed voor zijn karma als hij dit doet. “Het leven is een constante cyclus van re-incarnatie. We kunnen die cyclus doorbreken door een goed mens te zijn. Als we dan in Varanasi sterven en aan de oever van de Ganges gecremeerd worden, dan gaan we naar het Nirvana,” gaat hij verder.
Om een lichaam geheel te verbranden is 360 kg hout nodig. Veel families zijn niet rijk genoeg om zo veel hout te kopen. Daarom laat zijn familie, die een crematieonderneming runt, alle overgebleven restjes hout verzamelen voor de armen. Als we willen kunnen we een donatie doen. Het klinkt als een zeer goed in elkaar gestoken verhaal, maar de jongen is uiterst goed gekleed en komt er niet meer op terug als we niet op zijn verzoek ingaan.
Een aantal mannelijke leden van de familie loopt ondertussen vijf maal om de stapel heen alvorens hem aan te steken. Een zoon, broer, vader, oom of neef laat zijn hoofd kaal scheren en kleed zich in ongekleurde zijde. Er mogen geen vrouwen bij zijn omdat die te emotioneel zouden zijn. Er mag bijvoorbeeld niet gehuild worden, want dan zou de geest van de overledene treurig gestemd naar het Nirvana gaan.
Voor de Hindi is het uiterst belangrijk hier gecremeerd te worden. Echter niet het hele lichaam wordt verbrand; van de vrouwen wordt altijd een heup overgehouden en van de mannen de borst. Deze delen worden zo aan de Ganges geofferd. “Daarom zit er veel vis in de rivier,” horen we. Er worden zo tussen de 75 en 150 lichamen per dag langs de Ganges in Varanasi gecremeerd.
“De Ganges is een schone rivier,” staat er in onze reisgids. Waarschijnlijk is hij zo vervuild dat zelfs schadelijke bacterien er niet in kunnen overleven, bedenk ik me.
Rob reinigt zichzelf even later ook in de Ganges en dan is het tijd door te lopen naar de Duitse bakker waar je heerlijk op een vlonder in de kussens kunt hangen en goede koffie kunt drinken. Het stikt van de piepkleine straatjes in dit deel van Varanasi; het is net een souk en zitten vol kleine winkeltjes. Ik koop een stofkapje voor in mijn helm en strepsils voor mijn keel en hoop door de luchtverontreiniging niet ziek te worden en niet mijn stem geheel te verliezen.
We sluiten de dag af met een bezoek aan een zijdeweverij.
Rob in gesprek bij de Ganges
|
|


|
|
|
|
|
|
Ontwerp:
|
(c) Copyright 2004 - 2007 by Studio R&D
Alle auteurs- en beeldrechten zijn voorbehouden en
mogen niet zonder schriftelijke toestemming voor welk doeleinde dan ook gebruikt worden
Zie ook de
disclaimer
|
|
|